Courgette kun je ook rauw eten. Je hoeft ze dus niet perse te koken of bakken. Hier thuis heb ik zo’n handig spirelli-apparaat. Je stopt het juiste mes erin en dan klem je de courgette vast.
Lekker makkelijk: klik op het logo van je favoriete supermarkt om de ingrediënten toe te voegen.
En zo maak je het:
Was eerst de courgette goed schoon en pak daarna je spirelli-apparaat erbij. Heb je deze niet kun je eventueel ook lange plakken schaven met een normale kaasschaaf. Draai tot je mooie courgette-krullen hebt. Deze verdeel je vervolgens over de twee borden.
Maak nu de kaassaus, dit is weer een heel makkelijke versie. Gewoon een roux maken met de boter en bloem, vervolgens de melk toevoegen en goed blijven roeren. Dan voeg je de geraspte kaas toe en blijf je roeren tot het helemaal gesmolten is, laat de saus op laag vuur rustig pruttelen.
En wanneer de kaas op laag vuur staat, bakken we de garnalen. Neem een koekenpan erbij en verhit wat olijfolie erin, voeg de garnalen toe en de eetlepel persillade. Bak ze mooi roze en dan zijn ze klaar.