Stoofpeertjes. De bomen hangen er vol mee op het moment en de meest bekende is toch wel de Gieser Wildeman. Eigenlijk uit nood geboren ontdekte ik in de supermarkt de Qtee peer. Want de Gieser lag er nog niet en helaas heb ik er daarvan ook geen in mijn tuin staan.
Schil eerst de peertjes met een dunschiller, laat wel het stokje aan de peertjes zitten.
Pak dan een pannetje erbij waar de peren goed inpassen, dus niet een veel te grote pan nemen. Doe de peren in de pan en giet er de likeur bij. Doe alle specerijen erbij. Hier kun je natuurlijk naar smaak meer of minder van gebruiken. Vul de pan verder bij met water zodat de peertjes helemaal onder water liggen. Breng het geheel aan de kook en zet daarna op een sudderplaatje. Laat nu minimaal een uur stoven.
Als de peertjes na een uur helemaal zacht zijn schep je ze voorzichtig uit de pan. Van het vocht wat overblijft gaan we een heerlijke siroop maken.
Voeg de suiker in de pan toe en roer het geheel tot alle suiker gesmolten is, breng het water weer aan de kook tot het goed borrelt. Nu gaat de saus inkoken en dit kan wel even duren. Blijf er natuurlijk wel bij in de keuken je wilt niet dat het ineens verbrandt. Laat het geheel inkoken tot er ongeveer 100/150 ml overblijft. Dit is dan echt een lekkere siroop. De specerijen haal je er op het laatst uit.